Genderbewust zijn in KSA
Hoe gaan jullie binnen jullie KSA-groep om met genderrollen? Bevestigen jullie traditionele rolpatronen in jullie programma, thema en communicatie? Of proberen jullie die juist te doorbreken? Wij geven jullie op deze pagina alvast enkele tips & tricks mee hoe jullie KSA-groep genderbewuster te werk kan gaan.
Tips voor jullie alledaagse KSA-werking
Laat het onderscheid tussen jongen en meisje eens wat vaker los en kijk verder. Onderstaande tips kunnen jullie alvast op weg helpen!
- Niet iedereen voelt zich comfortabel bij omkleden in groep. Laat aan iedereen de keuze tussen individuele of groepsruimtes (bijvoorbeeld bij een zwemactiviteit).
- Wees wat creatiever in je groepssamenstelling dan louter jongens versus meisjes. Laat iedereen met bruine ogen een dag samen optrekken of vorm groepen op basis van hun huisdier.
- Hoe ziet het KSA uniform eruit? Laat de genderverwachtingen over een broek of rokje achterwege. Alles kan en mag.
- Zorg voor een veilige omgeving waarin iedereen zichzelf kan zijn en waar open over thema's als holebiseksualiteit gepraat kan worden. Zo doorbreek je de taboes die daar rond hangen.
- Als leiding ben je vaak een vertrouwenspersoon, zeker als een van je leden worstelt met zijn of haar geaardheid. Ga discreet om met informatie die jou in vertrouwen wordt verteld. Eventuele waardeoordelen laat je achterwege. Steun je leden, geef hen een luisterend oor maar baken af wat je wel en niet kan doen of zeggen.
- Onbewust geven we genderrollen door en bevestigen we klassieke rollenpatronen. Ook in onze communicatie. Ga daar bewust mee om. Als je op daguitstap trekt, hoef je niet in je briefje te zetten dat mama boterhammen moet smeren want misschien doet papa dat wel. Ga er niet van uit dat iedereen een mama en een papa heeft, maar spreek bijvoorbeeld over ‘je ouder(s)’.
- Geef met de leiding het goede voorbeeld. Roep niet dat Michael een ‘janet’ is omdat hij bij het vieruurtje zijn flesje niet open krijgt aan de bak met frisdrank. Noem Tamara geen ‘manwijf’ omdat ze graag voetbalt. Spreek je leden en medeleiding erop aan als ze zulke opmerkingen maken. Noem hen geen seksist of homofoob, maar leg uit waarom dat taalgebruik kwetsend is.
- Pas op met veronderstellingen. Ga er bijvoorbeeld niet van uit dat het nieuwe lief van Katrijn een jongen is. Vraag haar naar haar ‘lief’ of 'partner'. In de manier waarop ze erover vertelt, kom je waarschijnlijk te weten of het een jongen of een meisje is. Je kunt er ook naar vragen.
- Een meisje dat zich meer jongen voelt of een jongen die al jaren weet dat hij liever een meisje wil zijn: hoe ga je daarmee om? Zeker in een niet-gemengde groep kan dat vragen oproepen. Weet dat er vanuit KSA geen regel is die het verhindert om een meisje toe te laten in jullie jongensgroep, of andersom. Soms is dat volgens ons zelfs een goeie oplossing. Het belangrijkste is dat je die zaken bespreekbaar maakt: met de leiding, de ouders van het lid maar vooral met het lid zelf.

Genderbewust communiceren
Je kan met je KSA-groep genderbewuster gaan communiceren. Je kan kiezen voor genderneutrale of genderinclusieve taal. Of je voor genderneutrale of genderinclusieve taal kiest hangt een beetje af van de context waarin jullie gaan communiceren. Genderneutrale woorden zijn soms handiger als je de leesbaarheid wilt vergemakkelijken en er zeker van wilt zijn dat je geen mensen uitsluit. Het nadeel is dan dat je de genderidentiteiten en geslachten die buiten de typische M/V-hokje vallen geen zichtbaarheid geeft.
Genderinclusieve taal zorgt er dan weer voor dat je zichtbaarheid geeft aan de doelgroepen die nu nog maar al te vaak niet (h)erkend worden of onzichtbaar zijn voor de algemene bevolking. Plus, genderinclusieve taal kan ook de unconscious bias weghalen bij woorden die onbewust gegenderd zijn. En zo weer tot verdere uitsluiting zorgen.
Een voorbeeld van dit laatste is het woord ‘manager’. Onbewust denkt men vaak aan een man. In dit geval is het interessant om ‘(X/V/M)’ toe te voegen aan het woord. Zo gaan mensen die zich niet als M identificeren sneller solliciteren voor die bepaalde functietitel.
Tips om genderbewuster te communiceren
Kijk naar het woord dat je wilt schrijven. Verwijst het woord expliciet naar M of V? Meestal bevatten die woorden volgende achtervoegsels: -er, -ster, -es, -man, -vrouw… Schrap deze waar mogelijk en verkies een genderneutrale benaming of achtervoegsel. Een genderneutrale benaming is nog steeds inclusiever dan woorden die enkel en alleen oog hebben voor M/V. Plus, hieraan kan je dan ‘X/V/M’ aan toe voegen. Het vergt soms wat creativiteit in je zinsbouw, maar voor alles is een oplossing.
- “KSA Brabbel zoekt een extra leid(ster)” wordt dan “KSA Brabbel zoekt extra leiding (X/V/M)”
- Belangrijk: als een leidster zichzelf wil benoemen als leidster dan verbeter je die persoon niet. Een persoon heeft nog altijd recht om zelf te kiezen hoe die wenst aangesproken te worden en dat geldt niet enkel voor voornaamwoorden, maar ook voor functietitels.
Soms heb je geen genderneutrale benamingen in het Nederlands. In dat geval kan het interessant zijn om benamingen te zoeken uit andere talen, of inspiratie te halen uit andere contexten of verzin je een totaal nieuw woord. Taal is constant in evolutie en start meestal vanuit de bevolking. Dus waarom niet voor een keer zelf aan de basis liggen van een taal(r)evolutie?
- “We zoeken nog een enthousiaste peter/meter voor Joachim bij KSA Brabbel” wordt dan “We zoeken nog een enthousiaste plusleiding (X/V/M) voor Joachim bij KSA Brabbel".
Als de eerste en tweede tip geen oplossing bieden dan pas grijp je naar mannelijke en vrouwelijke termen. Gebruik die dan ook samen in één zin.
Wat met voornaamwoorden?
Communicatie bestaat ook uit voornaamwoorden. Een tip hierbij is om in het meervoud te spreken. Zo vermijd je woorden zoals ‘hij’, ‘zijn’, ‘haar’ of het enkelvoudige ‘zij’.
‘Zij geeft haar broek aan haar.’ -> ‘Die geeft hun broek aan hen.’
- “Elke deelnemer brengt zijn of haar blauw hemd mee naar de volgende activiteit” wordt dan “We vragen aan alle deelnemers om hun eigen blauwe hemden mee te nemen naar de volgende activiteit”
- Notie: je kan er ook voor kiezen om zijn/haar te laten staan en om ‘hun’ aan het rijtje toe te voegen. Je weet wel, de voornaamwoorden die mensen verkiezen indien ze zich niet in stereotiepe M/V-hokjes thuisvoelen. Bovenstaande zin wordt dan “Elke deelnemer brengt hun/haar/zijn blauw hemd mee naar de volgende activiteit”. Zo geef je niet alleen erkenning aan non-binaire identiteiten, maar laat je de omgeving ook kennismaken met het gebruik van genderneutrale voornaamwoorden. Een dubbele win!
Wanneer je mensen aanspreekt is het handig om zoveel mogelijke bepaalde titels te laten vallen.
- “Beste mevrouw, via deze weg willen we je informeren over…” wordt dan “Beste, via deze weg willen we je informeren over…” of “Beste S. De Vlieger, via deze weg willen we je informeren over…”
Wist je dat... we bij KSA er voor hebben gekozen om in onze e-mailhandtekeningen onze eigen voornaamwoorden te plaatsen. Wat zijn dat nu voornaamwoorden en waarom hebben we bij KSA ervoor gekozen die toe te voegen in onze e-mailhandtekeningen? Lees er alles hier over: https://www.ksa.be/voornaamwoorden
Wat met het bevragen van de genderidentiteit?
Wil je graag de genderidentiteit bevragen van je leden, leiding, ouders… voor nieuwsbrieven, reservaties, bestellingen…? Vraag je dan eerst af of het nodig is om het te bevragen. Is het belangrijk om de genderidentiteit, of het geboortegeslacht of de genitaliën van een persoon te weten als je wafels verkoopt? Je gaat merken dat het vaak echt niet noodzakelijk is. Waarom dan bevragen?
Indien je het wel wilt of moet bevragen om welke reden dan ook, zorg er dan voor dat je genderidentiteit breed bevraagd, maar ook dat mensen de ruimte hebben om dit eventueel niet mee te delen. Hieronder een voorbeeld hoe je het best genderidentiteit bevraagd:
Ik ben:
- Man
- Vrouw
- Ik identificeer me als...
- Ik deel dit liever niet mee
Het kan ook zijn dat je voor bepaalde medische documenten het geboortegeslacht van de persoon dient te bevragen. In dergelijke situaties heb je vaak geen andere keuze dan de typische, binaire M/V-vraag te stellen. Maar je bent wel vrij om die vraag te duiden en een extra vraag te stellen hoe die persoon graag aangesproken dient te worden. Zo geef je weer erkenning aan zelfbenoeming en maak je de situatie aangenamer voor jou en voor de andere persoon.